betekenis van het woord DOLLAR

De lage olieprijs is niet het grootste probleem voor Noorwegen

Olie heeft dit jaar flinke klappen gekregen. Diverse landen, zowel rijk als arm, ondervinden grote problemen vanwege de dramatische val. Ook een land als Noorwegen voelt momenteel de pijn van de lage olieprijs. Maar krediet-experts zien momenteel een nog groter probleem voor het Noorse bedrijfsleven.

Olie heeft dit jaar flinke klappen gekregen. Diverse landen, zowel rijk als arm, ondervinden grote problemen vanwege de dramatische val. Ook een land als Noorwegen voelt momenteel de pijn van de lage olieprijs. Maar krediet-experts zien momenteel een nog groter probleem voor het Noorse bedrijfsleven.

Het maakt eigenlijk niet eens meer uit of de olieprijs nu 30, 40 of 50 DOLLAR is. Een groter probleem zijn de verliezen in de markt voor Noorse junk obligaties. Deze stapelen zich op, en vormen een groot risico voor obligatiebeleggers.

Volgens Paal Ringholm, hoofd kredietonderzoek bij Swedbank, is dat een onvermijdelijk gevolg van het feit dat 40 procent van de bedrijfsobligaties een CCC rating kent.

Deze landen zijn grootste kanshebbers voor faillissement door lage olieprijs

Nu de OPEC daadwerkelijk de productiequota heeft losgelaten gaat de olieprijs steeds dieper en dieper waarbij de 40 DOLLAR-grens reeds doorbroken werd. De begrotingen van de diverse van deze exporterende landen gaat diep in het rood maar hoe dicht zitten deze landen echt bij hun faillissement indien deze situatie blijft voortduren?

In Parijs probeert men momenteel iedereen op eenzelfde lijn te krijgen omtrent een nieuw klimaatverdrag welke voornamelijk focust op het beperken van de uitstoot van CO2 en de hierbij horende temperatuurstijging. Aangezien deze inspanningen net het gebruik van fossiele brandstoffen aan banden willen leggen zal de uitkomst van dit verdrag in hoge mate de toekomst van de olie bepalen.

In een land waar de prijzen om de 3 uur verdubbelden heerst nu deflatie

Na 15 jaar van ononderbroken prijsstijgingen wordt Zimbabwe nu geconfronteerd met een tegenovergesteld effect: deflatie. Inderdaad, een land dat volgens het IMF in 2008 nog een inflatie van 489.000.000.000 % liet optekenen en bankbiljetten van 100.000 miljard Zimbabwaanse DOLLARs liet drukken, heeft in oktober een deflatie van 3,29% laten optekenen.

Dat is het gevolg van de overschakeling van het land op de Amerikaanse DOLLAR in juni laatstleden, een maatregel die heeft toegelaten de prijzen snel te stabiliseren in een land dat er gewend aan was geraakt dat prijzen om de drie uur verdubbelden. Aan de andere kant laat de maatregel geen enkele ruimte voor monetaire interventies toe om een economie - die kreunt onder een werkloosheid van 80 % - aan te zwengelen. 

Deze ene grafiek zegt alles over de DOLLAR bij een renteverhoging

De Amerikaanse economie is veel sterker dan elders in de wereld. Terwijl de Europese en Japanse centrale banken de monetaire stimulatie opvoeren, staat de Amerikaanse Fed op het punt de rente te verhogen. Daardoor wordt de US DOLLAR nog aantrekkelijker. En stijgt deze naar pariteit tegen de euro. Simpel toch?

Dat zou je denken. Maar de geschiedenis vertelt een ander verhaal. Want markten lopen vaak zozeer op de toekomst vooruit, dat veel al in de koers is verdisconteerd. Kijk alleen al naar de reactie van de euro-DOLLAR op ECB-president Mario Draghi afgelopen donderdag. Steen Jakobsen, strateeg bij Saxo Bank, wijst er daarom op dat scepsis over een blijvend sterke DOLLAR op zijn plaats is. Want tijdens de laatste zes renteverhogingscycli piekte de koers van de DOLLAR juist rondom de eerste verhoging. Om vervolgens te dalen.

‘Morgan Stanley schrapt 1200 banen’

De Amerikaanse bank Morgan Stanley gaat wereldwijd 1200 banen schrappen. Dat meldden ingewijden bij het bedrijf.

De Amerikaanse bank Morgan Stanley gaat wereldwijd 1200 banen schrappen. Dat meldden ingewijden bij het bedrijf.

Het betreft voor een flink deel arbeidsplaatsen bij de divisie voor de handel in obligaties en grondstoffen. Het financiële concern neemt een last van 150 miljoen DOLLAR in het vierde kwartaal om de kosten van het banenverlies op te vangen.